Klimaat in het Voorstel-Vande Lanotte (1)

Le Soir publiceerde de Franstalige versie van het voorstel van koninklijk bemiddelaar Johan Vande Lanotte, dat op 5 januari 2011 sneuvelde. Naast het onderdeel energie, is het ook interessant om lezen wat daarin voorgesteld wordt met betrekking tot de bevoegdheid inzake klimaat.

Het voorstel wijzigt niets aan de huidige bevoegdheidsverdeling inzake klimaat en focust zich op de bestaande intern-Belgische coördinatie van het klimaatbeleid. Daarbij wordt vooral gefocust op de rol van de Nationale Klimaatcommissie:
Le rôle de la commission nationale Climat sera renforcé, notamment en la dotant d'une présidence permanente. Ce renforcement implique aussi que la commission nationale Climat adressera à la conférence interministérielle compétent dans le domaine de la politique climatique, des propositions d'objectifs obligatoires de réduction par région et par secteur, à court et à long terme, ainsi que des propositions relatives à la méthodologie de calcul des émissions. De plus, la commission nationale Climat sera compétente pour contrôler les résultats et les publier.
De Nationale Klimaatcommissie werd opgericht door het Samenwerkingsakkoord van 14 november 2002 betreffende het opstellen van het Nationaal Klimaatplan, alsook het rapporteren, in het kader van het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake Klimaatverandering en het Protocol van Kyoto. Ze bestaat uit 16 leden: elke partij (drie gewesten en de federale overheid) mag 4 vertegenwoordigers aanduiden.

De inhoudelijke taken van de Nationale Klimaatcommissie worden opgesomd in artikel 6 van het Samenwerkingsakkoord. Het gaat over het evalueren van het beleid en de maatregelen in het kader van het nationaal klimaatplan, het adviseren van het Coördinatiecomité Internationaal Milieubeleid voor het bepalen van het Belgische standpunt met betrekking tot internationaal klimaatbeleid, het ontvangen en beraadslagen over rapporten ontvangen in het kader van het Raamverdrag van de VN inzake klimaatbeleid en het adviseren van de Interdepartementele Commissie voor Duurzame Ontwikkeling. Daarnaast bevat het Samenwerkingsakkoord nog 2 "gedateerde" bevoegdheden, met name, het voorleggen van een lastenverdeling van de Kyotodoelstelling aan de Interministeriële Conferentie voor het Leefmilieu en het uitvoeren van beleidsvoorbereidend onderzoek naar de noodzaak van flexibiliteitsmechanismen.

De voorstellen inzake bindende emissietrajecten per regio en per sector, op korte en op lange termijn lijken reeds vervat in de huidige taken van de Nationale Klimaatcommissie. Zij evalueert immers jaarlijks het nationaal klimaatplan. De resultaten, reducties en prognoses worden vergeleken met de doelstellingen en op basis daarvan kan de Nationale Klimaatcommissie voorstellen formuleren aan de Interministeriële Conferentie voor het Leefmilieu. In die zin is het vandaag reeds mogelijk dat de Nationale Klimaatcommissie voorstellen zou formuleren met betrekking tot emissietrajecten per regio en per sector. Hetzelfde geldt voor de methodologie inzake berekening van de emissies. De Nationale Klimaatcommissie draagt de centrale verantwoordelijkheid in het kader van de rapporteringsverplichtingen van België in het kader van het Europees en internationaal klimaatbeleid. In dit verband lijkt het logisch dat de Nationale Klimaatcommissie vandaag al concrete voorstellen zou doen met betrekking tot de methodologie inzake de berekening van emissies. Zij zou dit eveneens kunnen doen in het kader van haar bevoegdheden met betrekking tot het nationaal klimaatplan.

Het valt ook op dat het Voorstel-Van de Lanotte zich beperkt tot de rol van de Nationale Klimaatcommissie, en niets zegt over het Coördinatiecomité Internationaal Milieubeleid (CCIM) dat het belangrijkste orgaan is voor de coördinatie van het internationaal milieubeleid. De werkgroep Coördinatiewerkgroep Broeikasgaseffect binnen het CCIM is op haar beurt een van de belangrijkste organen in het klimaatbeleid volgens de vijfde nationale mededeling over klimaatverandering.

Samengevat lijkt het Voorstel-Vande Lanotte geen substantiële wijzigingen voor te stellen op vlak van het huidige klimaatbeleid.


Lees u in

Geschreven inzichten