De Duitse bondsregering heeft gisteren haar budgettaire plannen publiek gemaakt. Eén van de beleidskeuzes die daarbij gemaakt zijn heeft betrekking op de verlening van de levensduur van de Duitse kerncentrales. Vrij vertaald stelt de tekst van de bondsregering hierover:
"We willen het tijdperk van de hernieuwbare energie zo snel mogelijk bereiken. Niettemin is het vanuit het oogpunt van de ideale energiemix noodzakelijk om de levensduur van de kerncentrales te verlengen. De kernenergie is in vergelijking met andere manier van energieproductie niet getroffen door de emissiehandel. Tegelijkertijd is door de doorrekening van de CO2-certificaten de elektriciteitsprijs gestegen, de productiekosten daarentegen niet. Hierdoor ontstaan er bij de producenten belangrijke bijkomende winsten. Dit rechtvaardigt een belasting van kernenergie omwille van ecologische en economische gronden. Alleen al door het stilleggen en de afbouw van de kerncentrales - met inbegrip van de voorziene kosten voor de verwerking van het atoomafval - wordt de bond zwaar belast. (...) Door de invoering van een belasting van de kernproducenten aan die kosten als van de bijkomende winsten kunnen jaarlijkse 2,3 miljard euro aan bijkomende inkomsten voor de bondsbegroting gegenereerd worden."
Omgerekend naar de Belgische situatie zou de bijdrage voor de 7 kerncentrales jaarlijks 950 miljoen EUR opbrengen ((2,3 miljard/17) * 7).