Indexeringsparameters voor variabele elektriciteits- en aardgasprijzen
By
Tim Vermeir
In het Belgisch Staatsblad van 15 januari 2013 verschenen koninklijke besluiten met de toegelaten indexeringsparameters die een leverancier van elektriciteit of aardgas toelaten om de variabele contracten vier keer per jaar te indexeren.
Voor aardgas geldt:
1° De indexeringsparameters veranderen alleen in functie van de evolutie van de werkelijke bevoorradingskosten (dus niet personeelskosten, afschrijvingen of exploitatiekosten) van de leverancier;
2° Uit de omschrijving van de parameters ('hun naam') moet duidelijk zijn op basis van welke elementen deze parameters zijn berekend;
3° De parameters worden uitsluitend berekend op basis van beursnoteringen van de Centraal West-Europese gasmarkt;
4° Als de leverancier aan de CREG kan aantonen dat zijn werkelijke bevoorrading bestaat uit gas waarvan de indexatie tenminste gedeeltelijk gebeurt op basis van de aardolie-index, bepaalt de indexeringsformule een maximaal percentage dat vermenigvuldigd wordt met de beursnoteringen op de Europese aardoliemarkt. Dit maximaal percentage bedraagt 50 % voor het jaar 2013, 35 % voor het jaar 2014 en 0 % vanaf het jaar 2015. De leverancier moet het deel van de variabele gasprijs dat nog olie-geïndexeerd is duidelijk en afzonderlijk aangeven op de contractoffertes en op de jaarlijkse factuur en/of de regularisatiefactuur;
5° De parameters moeten zich baseren op transparante, objectieve en door de CREG controleerbare gegevens of noteringen, die worden gepubliceerd door beurzen of erkende noteringsorganismen.
Voor elektriciteit geldt:
1° De parameters mogen alleen veranderen in functie van de evolutie van de werkelijke bevoorradingskosten van de leverancier. De leverancier kan dus niet de evolutie van de personeelskosten, de afschrijvingen of de exploitatiekosten meerekenen;
2° Uit de omschrijving van de parameters ('hun naam') moet duidelijk zijn op basis van welke elementen deze parameters zijn berekend;
3° De parameters worden uitsluitend berekend op basis van beursnoteringen van de Centraal West-Europese elektriciteitsmarkt;
4° De parameters moeten zich baseren op transparante, objectieve en door de CREG controleerbare gegevens of noteringen, die worden gepubliceerd door beurzen of erkende noteringsorganismen.
Zie:
- Koninklijk besluit van 21 december 2012 ter bepaling van de exhaustieve lijst van toegelaten criteria voor de indexering van de gasprijzen door de leveranciers
- Koninklijk besluit van 21 december 2012 ter bepaling van de exhaustieve lijst van toegelaten criteria voor de indexering van de elektriciteitsprijzen door de leveranciers
Onze eerdere berichten over prijsregulering:
Europese Commissie niet warm voor prijsbevriezing
Tariefbevriezing in gespuide regulatoire mist
Nieuwe versie prijsregulering: overzicht en sancties
Prijsregulering (bis): het vergeten artikel 23ter elektriciteitswet en 15/14ter gaswet
Prijsregulering voor elektriciteits- en gasleveringen slechts onder strikte voorwaarden
Voor aardgas geldt:
1° De indexeringsparameters veranderen alleen in functie van de evolutie van de werkelijke bevoorradingskosten (dus niet personeelskosten, afschrijvingen of exploitatiekosten) van de leverancier;
2° Uit de omschrijving van de parameters ('hun naam') moet duidelijk zijn op basis van welke elementen deze parameters zijn berekend;
3° De parameters worden uitsluitend berekend op basis van beursnoteringen van de Centraal West-Europese gasmarkt;
4° Als de leverancier aan de CREG kan aantonen dat zijn werkelijke bevoorrading bestaat uit gas waarvan de indexatie tenminste gedeeltelijk gebeurt op basis van de aardolie-index, bepaalt de indexeringsformule een maximaal percentage dat vermenigvuldigd wordt met de beursnoteringen op de Europese aardoliemarkt. Dit maximaal percentage bedraagt 50 % voor het jaar 2013, 35 % voor het jaar 2014 en 0 % vanaf het jaar 2015. De leverancier moet het deel van de variabele gasprijs dat nog olie-geïndexeerd is duidelijk en afzonderlijk aangeven op de contractoffertes en op de jaarlijkse factuur en/of de regularisatiefactuur;
5° De parameters moeten zich baseren op transparante, objectieve en door de CREG controleerbare gegevens of noteringen, die worden gepubliceerd door beurzen of erkende noteringsorganismen.
Voor elektriciteit geldt:
1° De parameters mogen alleen veranderen in functie van de evolutie van de werkelijke bevoorradingskosten van de leverancier. De leverancier kan dus niet de evolutie van de personeelskosten, de afschrijvingen of de exploitatiekosten meerekenen;
2° Uit de omschrijving van de parameters ('hun naam') moet duidelijk zijn op basis van welke elementen deze parameters zijn berekend;
3° De parameters worden uitsluitend berekend op basis van beursnoteringen van de Centraal West-Europese elektriciteitsmarkt;
4° De parameters moeten zich baseren op transparante, objectieve en door de CREG controleerbare gegevens of noteringen, die worden gepubliceerd door beurzen of erkende noteringsorganismen.
Zie:
- Koninklijk besluit van 21 december 2012 ter bepaling van de exhaustieve lijst van toegelaten criteria voor de indexering van de gasprijzen door de leveranciers
- Koninklijk besluit van 21 december 2012 ter bepaling van de exhaustieve lijst van toegelaten criteria voor de indexering van de elektriciteitsprijzen door de leveranciers
Onze eerdere berichten over prijsregulering:
Europese Commissie niet warm voor prijsbevriezing
Tariefbevriezing in gespuide regulatoire mist
Nieuwe versie prijsregulering: overzicht en sancties
Prijsregulering (bis): het vergeten artikel 23ter elektriciteitswet en 15/14ter gaswet
Prijsregulering voor elektriciteits- en gasleveringen slechts onder strikte voorwaarden